Als werkgever heeft u te maken met ziekte en verzuim. En met kosten die hieruit voortvloeien. Afhankelijk van het aantal werknemers kunt u ervoor kiezen het verzuim te verzekeren of het risico zelf te dragen. Dit is doorgaans een financiële afweging waarbij verzekeren de verzuimkosten gelijkmatig houd en bij het inhuren van vervangende personeel de extra kosten beperkt.

Wettelijke verplichtingen bij ziekte en arbeidsongeschiktheid
De werkgever heeft te maken met een aantal wetten wanneer een van de werknemers zich ziek meldt of geconfronteerd wordt met arbeidsongeschiktheid.

Wet Verbetering Poortwachter
De Wet Verbetering Poortwachter heeft betrekking op de eerste twee ziektejaren. Het doel van de wet is de werknemer zo snel mogelijk te laten terugkeren in het arbeidsproces. Dat gebeurt door adequate melding, een plan van aanpak, casemanagement en een re-integratieverslag. Het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) controleert en kan sancties opleggen bij het niet nakomen van de wettelijke verplichtingen.
De Ziekengeldverzekering ondersteunt bij het voldoen aan de wettelijke verplichtingen in samenwerking met de Arbodienst. Door deze twee diensten aan elkaar te koppelen ontstaat de optimale ondersteuning bij de aanpak van ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid.

Wet Loondoorbetaling bij Ziekte
De werkgever is verplicht 2 jaar lang minimaal 70% van het loon door te betalen. In het eerste jaar mag dit niet minder zijn dan het minimumloon. In het tweede jaar geldt deze eis niet meer. Als een werknemer onder het sociaal minimum dreigt te belanden kan hij/zij zich wenden tot de Toeslagenwet. Bij in het arbeidscontract of CAO vastgelegde wachtdagen krijgt de werknemer die dagen niet betaald. Voor mensen die als arbeidsgehandicapte in dienst zijn gekomen neemt het UWV de loonbetaling bij ziekte maximaal vijf jaar over. Voor mensen met een Wajong-uitkering geldt dat voor hun hele arbeidzame leven.

Arbowet
Een werkgever is sinds de liberalisering van de Arbowet op 1 juli 2005 niet meer verplicht zich aan te sluiten bij een gecertificeerde arbodienst. Onder bepaalde voorwaarden mag hij voor de controle en begeleiding ook gebruik maken van de kerndeskundige die in de Arbo-wet genoemd worden. Bijvoorbeeld de bedrijfsarts.

Wat is arbobeleid en waar vloeit daar uit voort?
Arbobeleid is het beleid dat een werkgever dient te voeren op het gebied van arbeidsomstandigheden. Doel van dit beleid is om veilig en gezond te kunnen werken. De werkgever is volgens de Arbowet verplicht om hiervoor te zorgen. De overheid legt in doelvoorschriften vast welk beschermingsniveau werkgevers moeten bieden, zodat werknemers veilig en gezond kunnen werken. Werkgevers en werknemers werken deze doelvoorschriften onderling nader uit.

Belangrijke onderdelen arbobeleid
* Risico-inventarisatie en Evaluatie (RI&E);
* Ziekteverzuimbeleid:
* Bedrijfshulpverlening (BHV):
* Preventiemedewerker:
* Periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek (PAGO).

Risico-inventarisatie en Evaluatie (RI&E)
De werkgever is verplicht om een risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) te maken. Hierin staat welke risico’s het werk met zich mee brengt voor de werknemers. Verder moet er een plan van aanpak zijn waarin staat hoe risico’s voor de veiligheid en gezondheid worden aangepakt en wanneer dat gebeurt.

Ziekteverzuimbeleid
De werkgever moet zich laten bijstaan door een bedrijfsarts voor de begeleiding van zieke werknemers. Hiervoor kan een contract worden afgesloten met een arbodienst. Als de personeelsvertegenwoordiging of ondernemingsraad (OR) ermee instemt, kan de werkgever ook kiezen voor een maatwerkregeling. De werkgever bepaalt zelf hoe en met welke deskundige de preventie en begeleiding van ziekteverzuim worden geregeld.

Bedrijfshulpverlening (BHV)
Bij een ongeval of bijvoorbeeld brand zorgen bedrijfshulpverleners (BHV’ers) voor de eerste hulpverlening. De werkgever moet ervoor zorgen dat er voldoende BHV’ers zijn en dat ze hun taken goed kunnen uitvoeren. Er zijn geen specifieke opleidingseisen. De werkgever kan zelf de taken van de bedrijfshulpverlening op zich nemen, maar moet dan wel ten minste één werknemer aanwijzen die vervangt bij afwezigheid.

Preventiemedewerker
Een preventiemedewerker weet welke risico’s er bij de dagelijkse werkzaamheden zijn en geeft hierover voorlichting. Elke werkgever moet ten minste één preventiemedewerker aanwijzen. In kleine bedrijven (25 werknemers of minder) mag de werkgever ook preventiemedewerker zijn.

Periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek (PAGO)
De werkgever zorgt ervoor dat werknemers een periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek (PAGO) kunnen ondergaan. De bedrijfsarts kijkt dan of er gezondheidsproblemen als gevolg van het werk zijn. Er is geen verplichting om deel te nemen aan een PAGO.

Meer informatie over ziekteverzuim